Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zie, [58]Ik werp haar te bed, en [59]die met haar overspel bedrijven, [60]in grote verdrukking, zo zij zich niet bekeren van hun werken. 58. Namelijk in een zware en kwellende ziekte, opdat het bed, dat haar tevoren tot wellust diende, haar nu diene tot straf en verdriet, en zij nog tijd hebbe om zich met hare kinderen te bekeren, gelijk volgt. 59. Dat is, afgoderij en hoererij, als voren. Want afgoderij is ook geestelijk overspel, omdat zij den mens van God, den waren man van zijn gemeente, afkeert. 60. Namelijk of door de straf der overheid, of door ziekte, of ook door wroeging van hun geweten over hun boos leven.